Otus de witwangdwergooruil
Otus en zijn ochtendhumeur
Otus heeft een hekel aan eerder wakker worden. Otus is een grote fan van uitslapen. Als je hem eerder wakker maakt, dan laat hij dit zeker weten door zijn gemopper en af en toe wat genibbel.
Wetenschappelijke feitjes
Zuidelijke witwangdwergooruil (Otus leucotis granti)
De Zuidelijke witwangdwergooruil (Otus leucotis granti) is een ondersoort van de Otus leucotis en is te vinden in Zuid-Afrika, Namibië en Botswana. Deze kleine, schemeractieve uil is gekarakteriseerd door zijn grijs, zwart en wit kleurenschema en zijn typische witte wangvlekken. De Zuidelijke witwangdwergooruil is een opvallende verschijning in de rotsachtige en bosrijke omgevingen waarin hij zich vaak ophoudt.
Uiterlijk
Bovenzijde: De bovenkant van de uil is grijs tot zwart, met een fijn patroon van lichte streepjes en vlekken die helpen bij de camouflage in de natuur.
Wangen: De meest opvallende eigenschap van deze uil zijn de witte wangvlekken, die een duidelijk contrast vormen met de donkerdere kleuren van zijn gezicht.
Ogen: De ogen van de Zuidelijke witwangdwergooruil zijn donker oranje of oranje, wat hen helpt bij het zien in de schemering en nacht. Deze kleur maakt de ogen opvallend en een belangrijk kenmerk bij de identificatie.
Oorpluimen: De oorpluimen zijn relatief klein maar dragen bij aan het kenmerkende uiterlijk van de uil.
Onderzijde: De onderzijde van de uil is lichtgrijs of wit, met een patroon van donkere streepjes of vlekken.
Gedrag en Voeding
De Zuidelijke witwangdwergooruil is schemeractief en voedt zich met kleine zoogdieren, zoals muizen, maar ook met insecten en soms kleine vogels. Hij jaagt vooral in de schemering (zowel bij zonsondergang als zonsopgang) en maakt gebruik van zijn uitstekende hoorvermogen en scherpe ogen om zijn prooi te lokaliseren in de zwakke lichtomstandigheden. Vaak zit hij stil op een percheerplaats en wacht geduldig op de juiste kans om toe te slaan.
Zijn roep klinkt vaak als een zachte, piepende of fluitende klank die tijdens de schemerige uren te horen is, vaak gebruikt voor het afbakenen van zijn territorium of om contact te maken met andere uilen.
Verdediging en “Transformatie”
Wanneer de Zuidelijke witwangdwergooruil zich bedreigd voelt, kan hij zich op een bijzondere manier transformeren om zich te verdedigen. Bij gevaar trekt hij zijn lichaam en kop samen en zet zijn oorpluimen recht omhoog. Dit maakt hem kleiner en creëert een bedreigend, vampierachtig uiterlijk. De combinatie van zijn donker oranje ogen, witte wangvlekken, en rechtopstaande oorpluimen geeft hem het uiterlijk van een mini vampiertje of een mysterieuze, dreigende figuur. Dit helpt de uil om indruk te maken op potentiële bedreigingen en zijn kans op overleving te vergroten. Bij grote dreiging kan hij ook stil blijven zitten en volledig camoufleren, wat hem moeilijk zichtbaar maakt voor roofdieren.
Verspreiding en Habitat
De Zuidelijke witwangdwergooruil komt voor in Zuid-Afrika, Namibië en Botswana, waar hij leeft in droge bossen, savannes en rotskusten. Hij heeft een voorkeur voor gebieden met een mix van bomen, struiken en rotsachtige structuren, waar hij zijn nest kan maken in holtes of tussen rotsen. Deze uil is goed aangepast aan een leven in bossen en op rotsachtige hoogtes, waar hij zich kan verschuilen voor roofdieren.
Bescherming en Behoud
De Zuidelijke witwangdwergooruil wordt momenteel niet als bedreigd beschouwd. Hoewel de soort geen directe bedreigingen kent, kan het verlies van geschikt habitat door menselijke activiteiten, zoals ontbossing en stedelijke uitbreiding, invloed hebben op de populatie. Het behoud van open bos- en savannegebieden blijft belangrijk voor het behoud van de soort.